LEO blogt 4 februari 2020

Weg van de grijzewittemannenparticipatie

logo LEO

In aanloop naar onze Sectorbijeenkomst op 3 maart over Smarticipatie gaat Shannon Spruit samen met Niek Mouter (Assistant Professor of Infrastructure Project Appraisal aan de TU Delft) in op hun ervaringen met Participatieve Waarde Evaluatie.

Van grijzewittemannenparticipatie naar massaparticipatie

Rondom allerhande energieprojecten zijn de afgelopen jaren conflicten tussen burgers en overheden ontstaan. Burgers werden (en worden) geconfronteerd met verregaande maatregelen in hun leefomgeving waar zij niet over konden meedenken, en komen vervolgens in opstand. Bij al die projecten en maatregelen heeft een vorm van participatie plaatsgevonden. Via zienswijzenprocedures, of via participatieactiviteiten zoals informatie- en inspraakavonden en burgerpanels.

Het is geen sinecure om een goede vorm te vinden voor burgerparticipatie: kleinschalige bijeenkomsten zijn niet altijd representatief. Gekscherend zijn het overwegend grijze, witte mannen die meedoen. Het is dan voor raadsleden en wethouders niet duidelijk of deze groep de gehele bevolking vertegenwoordigt. Zo kunnen zij de bijdrages van burgers om deze (best legitieme) reden naast zich neerleggen. Participatiebijeenkomsten zijn vaak niet laagdrempelig genoeg voor burgers die een grote afstand tot macht ervaren, bang zijn in publiek te spreken, of die simpelweg hun kinderen in bed moeten leggen op het tijdstip waarop bijeenkomsten worden gehouden. Of betekenisvolle participatie zou simpelweg te moeilijk zijn omdat burgers niet of niet afdoende geïnformeerd zijn (en worden) om serieus mee te denken.

Laagdrempeliger en informatiever

Al deze kritieken zijn redenen om de inhoudelijke argumenten en zorgen die naar voren komen in burgerparticipatiepogingen te bagatelliseren en te ridiculiseren. Het gevolg is dat participatie niet effectief is, bestuurders verdergaan met business as usual, en de burger gefrustreerd achterblijft.

Hoe neem je gewone burgers serieus mee in een complex vraagstuk zoals de energietransitie? Hoe zorg je voor laagdrempelige participatie, die representatief en geïnformeerd is?



Minister Wiebes stelde onlangs voor om burgers via een Participatieve Waarde Evaluatie (PWE) massaal te betrekken bij de evaluatie van de verschillende ruimtelijke- en beleidsopties binnen het energiedomein. Wij passen deze PWE-methode momenteel toe in drie cases binnen het energieveld. De essentie van een PWE is dat bewoners op een laagdrempelige manier een advies kunnen geven over een (strategisch) keuzevraagstuk van een overheid. Bewoners worden als het ware op de stoel van de bestuurder gezet. Zij zien welke keuze de bestuurder moet maken, ze krijgen een overzicht van de voor- en nadelen van de opties waartussen de bestuurder kan kiezen en vervolgens wordt er aan hen gevraagd wat zij de bestuurder zouden adviseren.

Een gekleurde mening

Door de PWE kunnen besluitvormers inzicht krijgen in wat de massa nu belangrijk vindt, en niet slechts enkele luide burgers. We zien vaak een diversiteit aan voorkeuren en argumenten naar voren komen, burgers zijn bijna nooit helemaal voor of tegen iets en ze komen vaak met verassende en genuanceerde argumentaties op de proppen. Zo kunnen besluitvormers keuzes maken die recht doen aan de normatieve diversiteit van de gewone burger, en krijgt de gewone burger inzicht en handvatten om een geïnformeerde mening te vormen over het complexe probleem van de energietransitie.